duurzaamheid Frans Pijpers duurzaamheid Frans Pijpers

We zijn de connectie met de natuur kwijt!

We weten allemaal dat een frisse neus halen gezond is, dat kinderen liefst buiten spelen als het regent en dat er onder de boom een heerlijke schaduwplek rust. Toch is luchtdicht bouwen inmiddels wet, willen we regenwater liefst niet binnen krijgen en kappen we direct alle bomen op het perceel - opdat we maar zoveel mogelijk zon vangen kunnen. Floor Kruitz ziet het graag anders…

Logisch verstand

We weten allemaal dat een frisse neus halen gezond is, dat kinderen liefst buiten spelen als het regent en dat er onder de boom een heerlijke schaduwplek rust. Toch is luchtdicht bouwen inmiddels wet, willen we regenwater liefst niet binnen krijgen en kappen we direct alle bomen op het perceel - opdat we maar zoveel mogelijk zon vangen kunnen. Floor Kruitz ziet het graag anders…


Interview met Floor Kruitz
Deze zomer rondde Floor Kruitz (1996) haar master studie interieurarchitectuur af aan de kunstacademie te Maastricht. Achter een verlegen lachje schuilt een hoofd vol ideeën en theorieën. Enthousiast legt ze haar drijfveer aan mij uit; “We zijn de connectie met de natuur kwijt”, aldus Kruitz.  Tuurlijk kun je een cactus op de vensterbank plaatsen en een beetje sedum op je dak toestaan. Maar eigenlijk schuiven we eerst hardhandig de natuur opzij, om daar vervolgens een steriele doos bovenop te plaatsen.
In die doos, noem het een woning, bestaat een duidelijke scheiding tussen binnen en buiten. En ja…, dat boeketje bloemen op tafel is dan toegestaan. O-o-oh wat houden we toch van bloemen. Fout! We sluiten een essentieel onderdeel van ons ecosysteem buiten en Floor vraagt zich af of dat wel zo gezond is?

Beestjes

Zo spreekt ze over insecten-vriendelijke gevels, opdat de insectenpopulatie weer kan groeien. Insecten hebben een cruciale rol in het instandhouden van onze natuur en spelen dus een belangrijke rol in ons ecosysteem. Inmiddels zijn ze in aantal de laatste 30 jaren met 75 procent afgenomen. Beestjes hebben direct invloed op de natuur om ons heen.

Water

Regenwater mag langzaam door het gebouw heen sijpelen, in plaats van direct richting waterzuivering te worden verzonden. Het water dient als voorwaarde voor de natuur in en om haar gebouwen. Daar waar water stroomt kan iets groeien. Wat precies, en hoe, dat bepaalt de natuur zelf. Floor ziet zich minder als regisseur en geeft juist ruimte aan de natuur.

Groen

Al dat groen zorgt in de zomer voor een natuurlijk koeling, voor schaduw en voor een interessant habitat voor een veelheid aan levende wezens. In de winter laat ze het beetje zon liefdevol door en haar blaadjes houden de voedingsbodem vruchtbaar.  Thans, zolang niemand het terras gaat schrobben :)


Lucht

Op eenzelfde manier denkt ze over wind als natuurlijk ventilatie. Waar moeten openingen zijn, en waar vooral niet, om te komen tot een frisse wind door de gangen. Zonder last te hebben van de tocht.

Visie

Floor begrijpt dat niet alles wat ze schetst direct kan, of zelfs mag. Veel ideeën zijn in strijd met ons huidige Bouwbesluit. Haar maquettes en modellen zijn dan ook meer een vrije visie die helpt in de bewustwording van het feit dat we inmiddels wel héél ver van de natuur af staan. En in die biofiele ideeënstroom ontstaan kleine zaadjes, die langzaam uitgroeien tot concrete plannen in haar werk. Kruitz streven blijft om ons “wonen” dichter bij de natuur te brengen.


Over Floor

Floor Kruitz werkte van 2018 tot 2023 bij INTER/ALTER en ontwerpt en bedacht interieur-afwerkingen voor een groot deel van de projecten daar. Haar biologische visie op materialen sluit naadloos aan op de visie van dit bedrijf.

Naam Floor Kruitz, (1996)
Master of Arts, Akademie Maastricht, 2022
Bachelor of Arts, HKU, 2019.

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

Ruimtes zijn nooit ideaal. Maar wat doe je eraan?

Over details die we eigenlijk graag anders zouden zien. Lelijke rustiek-eiken-sier-balk in je plafond, net te dikke voegen tussen de plavuizen en die ongepast overgedimensioneerde-quasi-middelseeuwse-schouw-partij die de vorige bewoners plaatsten. Hoe je je ermee om - zonder de sloophamer op te pakken.

beeld: interAlter

beeld: interAlter

Het is gewoon een feit: de meeste ruimtes die we betrekken zijn simpelweg niet ideaal qua maat of vorm voor hetgeen jij erin wilt laten plaatsvinden.
En wij, als nieuwe bewoners, zijn vervolgens verdomd goed in het analyseren en telkens opnieuw benoemen wat er dan precies niet goed aan is. Sterker nog; we hebben de vervelende eigenschap om juist die storende aspecten te benadrukken in ons ontwerpen.
De meeste van onze huizen worden steeds ontworpen voor één specifieke zwaar gegeneraliseerde doelgroep, incluis gegeneraliseerde hobby’s en professie. Zelden tot nooit pas jij, zonder morren, in die generieke groep. Pogingen om flexibel te zijn, of zelfs voorspellend te bouwen liepen meestal op niets uit. Daarom past jouw interieur ook niet altijd overal even ideaal.

Maar voordat je de sloophamer ter hand neemt en op uiterst agressieve manier jouw habitat gaat degeneraliseren, kunnen we ook kijken naar een wat vriendelijkere manier van ruimtes vormgeven. Dat scheelt arbeid en materiaal (en kun jij heel goed zelf)! Want zolang je je hoofd niet steeds stoot tegen die sporenkap, is het vooral “optiek” waarmee jij je huis waarneemt - en laten we die nu prima kunnen beïnvloeden! Hieronder een paar voorbeelden:

Mijn ruimte is te donker - wat nu?
Een veelvoorkomend probleem in oude boerderijen en omgebouwde stallen. Indertijd waren grote raamopeningen duur, of zelfs onmogelijk om te construeren. Logischerwijze ontstond er een architectuur met kleine ramen die enkel diende ter verluchting. Het leven speelde zich immers vooral buiten af. De oplossing is wellicht iets waaraan je eerste wennen moet. Het simpelweg wit kalken van deze ruimtes maakt het er niet fraaier op.
Maar wist je dat donkere kleuren rijker overkomen in kleinere ruimtes? En neem dan ook direct alle sierlijsten, kozijnen en balkdetails mee. Op die manier ontstaat er ruimte voor de losse zaken binnen jouw interieur, in plaats van een focus op dat ene te kleine raam. Maak die losse interieurdelen vervolgens licht en fris en je hebt een zee aan ruimte! Fysiek is er niets veranderd, enkel het onderwerp van aandacht verschuift - met een waanzinnig ruimtelijk effect.

Maar de ruimte is nog steeds te laag - wat nu?
Te lage ruimtes kunnen hinderlijk zijn voor de kwaliteit van jouw woning. Je hebt het gevoel dat je gebukt door de ruimte moet manoeuvreren - en dat is alles behalve wenselijk. Een licht plafond voelt normaliter ruimtelijker. maar daarmee accentueer je misschien ook wel juist datgene wat je niet accentueren wilt. Een andere optie is gebruik maken van verticale elementen. Zoals jouw jurk (aangenomen dat je je jurken draagt) met verticale streepjes jou slanker en langer laat ogen - zo werkt dat ook met behang of lijstmotieven.

Te hoog?
Het omgekeerde verhaal van voorgaande alinea is gedeeltelijk waar; zorg voor vooral horizontaal georiënteerde motieven, of zelfs lambriseringen. Donkere kleuren op het plafond, of in ieder geval alle wand- en plafonddelen boven de lambriseringsverdeling donkerder dan eronder.
Maak gebruik van lichtarmaturen met een smalle gerichte bundel, en gebruik dus vooral niets dat rondom schijnt. Het accentueren van de raampartijen of het gebruik van spiegels op de wanden kan in dit geval zorgen dat de kamer breder lijkt - en daarmee beter in proportie komt met de net iets te grote hoogte. Die accentuering geldt eigenlijk voor alle horizontale vlakken in de ruimte.

Help de ruimte voelt zo klein
Allereerst wil ik aangeven dat “te klein“ geen dimensie heeft. Ik kan net zo goed opwerpen dat jouw bank gewoon te groot is, nietwaar?
Laten we de voordelen van een kleine ruimte gebruiken. Kleine ruimtes geven een gevoel van geborgenheid, gezelligheid en intimiteit. Als dat wenselijk is voor de functie, laat die eigenschappen dan leidend zijn in de wijze waarop je gaat inrichten en maak een knusse huiskamer waarin je graag vertoeven wilt. Dat betekent dat er zeker gordijnen in mogen, tapijtjes en een hoop kussengeweld op de bank. Heeft de ruimte een formelere functie - of wil je het (tegen beter weten in) ruimtelijker laten lijken? Blijf dan weg bij grove patronen en zoek het juist in schaaltechnisch ietwat kleinere zaken. Smalle planken in de vloer, kleinere schilderijen, geen massieve gesloten kast - maar zorg voor hoekjes, nisjes, open rekken en zelfs spiegels in de wanden om een doorgang te insinueren. Maak gebruik van alles dat visuele oppervlakte vergroting bewerkstelligd. De opgeruimdheid van gesloten kasten en lege bureau’s werkt in dit geval dus averechts.

Te groot?
Het klinkt als een luxe probleem, maar ik heb meerdere malen meegemaakt dat mensen hun huiskamer niet gebruiken omdat ze zich in een hotellobby wanen. Toch zijn er oplossingen! Begin met kleur. Smetteloze witte wanden werken ruimtelijk - daarin ligt dus je al eerste overwinning. Vervolgens gaan we meubels clusteren in kleinere eilanden. Niemand zit graag in een huiskamer van 80 vierkante meter, het is gewoonweg ongezellig. Dus we schuiven zitjes bij elkaar in een gezellige setting. Maak gebruik van tapijten om die meubels bij elkaar te houden, en zorg dat je middels de verlichting enkel de eilandjes verlicht. We willen alle aandacht weghouden van de wanden. Dat doen we middels de kleur, middels de verlichting (die daar dus niet op is gericht) en middels gordijnen die we heerlijk luchtig kunnen inzetten als beweegbare roomdividers. Ook meubels horen dus niet tegen de wand aan te staan. We negeren gewoon alle fysiek bouwkundige zaken - en richten onze volledige aandacht op de nieuwe gecreëerde eilandopstellingen.

Zit jouw probleem er niet tussen? Het zijn steeds dezelfde gereedschappen die ik gebruik om een ruimte om-te-vormen zonder haar daadwerkelijk fysiek te veranderen, te weten; kleur, licht, schaal, richting en de beeldbepalers. Ik leg ze onderaan dit artikel apart uit, maar je komt ze vanzelf tegen in de besproken ruimteproblematieken.

Kleur
Zonder nu specifiek op de kleurenwaaier in te gaan - en haar vermoedelijk psychologische effecten op het mensenbrein, zou je kort kunnen samenvatten dat donkere kleuren, die veel licht absorberen, op je af komen en een ruimte intiemer (lees: kleiner) laten ogen. Terwijl een licht kleurgebruik juist ruimtelijker oogt. Dat geldt ook voor losse wanden of plafonds. Een lichter plafond zal ruimtelijker ogen, en een enkele wand in een donkere kleur maakt dat die wand belangrijker, en proportioneel groter lijkt.

Licht
De wijze waarop het kunst- en daglicht in de ruimte wordt gebruikt bepaalt in de grote mate haar sfeer. Een gerichte spot in een leeshoekje kan een heel intiem hoekje creëren. Terwijl een rondom schijnend licht vooral de fysieke ruimte in de belangstelling zet. En dus ruimtelijker kan werken. Grote vensters op een weids uitzicht trekken de aandacht van uit het interieur constant naar buiten. Net als een flitsende beeldbuis trouwens. Mocht het uitzicht te wensen overlaten, filter dan vooral daglicht binnen via gordijnen en vitrages, en houdt het blikveld daarmee binnenshuis. (Wellicht werkt ook dat bij televisieschermen). Kleine raampjes maken het verschil tussen hok en kamer, maar dienen vooral niet te veel aandacht te krijgen. Ze zijn immers net te klein. We zijn het niet meer gewend, maar maak in je plannen gebruik van het daglicht. Het binnenkomend licht bepaalt overdag automatisch welk deel van de ruimte in de schijnwerpers staat - en daar is heel lastig tegenop te verlichten.

Schaal (motief en detail)
Dit spreekt voor zich natuurlijk. Grote, optisch zware meubelen nemen veel ruimte in beslag en passen slecht in een kleine woning. Omgekeerd net zo waar, kleine lichte elementen voelen al snel als kamperen, mocht de ruimte dat toe staan. Dit soort logische verhoudingen gelden ook voor vloermotieven, tegelgroottes, raamverdelingen, tapijten, schilderijen, planten etc. waarmee ik aangeven wil, dat als jij een optisch grotere badkamer wilt, je er dus beter aan doet om kleine tegeltjes te gebruiken.

Richting
Verticale elementen aan de wand accentueren een hoogte, terwijl horizontale lambriseringen daarentegen een ruimte lager en wijdser maken. Je kunt deze richting beïnvloeden middels de legrichting van je vloer, door de patronen in je behang of eventueel het sierlijstwerk van de lambriseringen. Over het algemeen werken we tegen de heersende richting in om een bepaalde balans te zoeken. We willen immers een lange kamer niet nóg langer maken, of een hoge kamer niet nóg hoger. Tenzij dat onderdeel is van jouw ontwerp natuurlijk en dat is de `richting” een belangrijk gereedschap om in te zetten.

Beeldbepalers
Ik eindig met de lastigste situaties. Deze elementen kunnen alles zijn. Het doet er dan ook niet toe of ze gewenst of ongewenst zijn, maar de aandacht die eisen ze sowieso op - en je moet van goeden huize komen wil je dat kunnen ombuigen. Denk aan die groteske kamer met een joekel van een open haard in het midden, of dat appartement met vrij uitzicht op zee. Die schitterende kamer-en-suite, of de landelijke aanbouw met lichtstraat. Allemaal beeldbepalers. en vaak zijn ze zo dwingend dat je er best gebruik van maakt: dus maak die haard, of dat uitzicht dan ook het centrum van de aandacht, plaats die werktafel onder het daklicht of gebruik de schuifdeuren om de ruimte uit te breiden, of af te sluiten. …Maar mocht het wenselijk om die focus optisch aan te passen? Dan moet je van goeden huize komen, en lef hebben, om met enkel decoratieve elementen hierin te slagen. En die elementen mogen zo sterk zijn dat ze alle aandacht opeisen. Halfslachtige oplossingen helpen hier niet - en luister dus vooral niet naar goedbedoelde adviezen van familie en buren - want hierin is jouw eigenwijsheid de enige oplossing (en mijn respect heb je!).

 


Heb je vervolgens toch een onmogelijke ruimte en je komt nog steeds niet verder na het lezen van dit artikel? Neem dan direct contact op - ik kan niet wachten om me vast te bijten in jouw ruimteproblematieken!


HULP NODIG BIJ JOUW INTERIEUR? ...MAAK GRATIS KENNIS.
Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

De ideale plattegrond in 7 stappen (…volgens mij dan).

Een nieuwe indeling? In je hoofd was je ongetwijfeld reeds gestart, maar nu is het tijd om die ruimtelijke puzzel helemaal af te maken. Welke functie hoort waar? Begin met de belangrijkste zaken en puzzel de kleine stukken in de ontstane openingen - in dit artikel de zeven stappen die ik doorloop om te komen tot de beste plattegrond. Succes!

Echt, geloof me; ik heb haar gepoogd samen te vatten in een definitie of formule. Gebukt onder een set alomtegenwoordig aangenomen sociale axioma’s van ons “wonen” en voortbordurend op de dagelijkse praktijkervaring van het indelen. Een onmogelijke exercitie, zo bleek, die ons herinnert aan lang vervlogen tijden. Resulterend in lang vervlogen woonwensen en ideële opvattingen over het menselijk habitat. Belerend zelfs! Om überhaupt te denken aan een sec rationeel ingedeeld huis. Dat jou iedere mogelijke vorm van personaliseren ontneemt. Daarom 7 stappen met zaken die ik niet bedenken kan voor jou, maar die je zelf moet ondernemen. Succes en deel zeker het resultaat!

STAP 1: De tijdsgeest

De menselijke zoektocht naar beschutting en comfort blijkt van alle tijden, de bibliotheek leert mij gelukkig nog steeds meer dan ik vooralsnog op Pinterest kon ontdekken. De kennis van die oude meesters, hun opvattingen en tijdsgeest maakt dat ik een bestaande woning in haar context kan plaatsen. De keuze om haar te respecteren of te negeren is daarmee nog steeds vrij, maar op zijn minst ook weloverwogen. Laat dat dan misschien stap 1 zijn: hoe is die woning gebouwd, door wie, voor wie, waarmee en in welke tijd? Vergeet even alle fabrieksels die er intussen aan zijn gegroeid en ontleedt de woning tot wat ze ooit was. Wat waren de opvattingen van de bouwheer of architect? En doe dat niet alleen bij de herbestemming van een watertoren, of eender welk rijksmonument, maar doe dat vooral ook bij die zeventiger jaren bungalow, bij dat voormalige sociale woningcorporatie project en zelfs bij het gestandaardiseerde bouwpakket huis! Begrijp en doorzie haar oorspronkelijke plattegronden en bekijk ze vooral vanuit het perspectief van haar tijd. 

 

STAP 2: De analyse van het waardevolle

Dankzij het onderzoek van de vorige stap zou je in staat moeten zijn om het “karakter” van jouw woning te kunnen duiden. Welke elementen zijn belangrijk en blijf weg bij vage termen als sfeer en ruimtelijkheid. Wijs ze aan, omschrijf ze, benoem ze en breng ze in kaart. Het kan iets eenvoudigs zijn als een erker of een gedeelde entree. Waarmee een relatie tot buiten wordt bekrachtigd, of respectievelijk de sociale interactie met je buren. Het kan een bouwkundig element zijn als het type steen of het vakwerkspant. Wellicht is het een constructief detail in de zichtbare overspanning, of juist een eerder speels idee zoals het verspringen van verdiepingsvloeren, of bijzondere wijze van organisatie van de ruimtes.

Los van het feit dat je zaken kunt appreciëren of niet, het karakter van het oorspronkelijke huis blijft iets waarmee jouw aanpassingen de dialoog aan gaan. Laat mij dat illustreren middels een voorbeeld: stel je hebt een waanzinnig herenhuis met kamer en-suite. Het type salon waar een eeuw geleden gasten werden ontvangen, of waar een praktijk was gevestigd. Dit was en blijft de belangrijkste ruimte van het huis. Het is vervolgens aan jou om te bepalen wat, anno nu, de belangrijkste activiteit in jouw woning is. “Ja, lekker makkelijk” hoor ik je denken. Een herenhuis aan een of andere statige singel! Mocht je het type vooroorlogse arbeiderswoning tot je beschikking hebben, dan worden andere zaken leidend in je ontwerp. Die woningen waren hoogst efficiënt in hun indeling. Het idee was om een heel gezin, hygiënisch te kunnen herbergen met een minimum aan economische middelen. Dat  klinkt heel onromantisch, maar had stiekem de meeste interessante en slimme indelingen als gevolg! De wens om groter te wonen resulteert dan ook vaak in een gestandaardiseerd aangebouwde stuk garagebox met schuifpui. Terwijl het juist die “knusheid” is waar deze woning zo in kan uitblinken. Daarmee blijkt vaak dat die goedbedoelde uitbreiding meer schade doet dan dat ze wooncomfort biedt. Een interessantere oplossing is om hier met diezelfde slimheid meerdere functies te combineren. Gebruik ieder hoekje en nisje optimaal en maak van het ruimte-tekort jouw ontwerp missie!

 

STAP 3: De woonwensen

Het klinkt een beetje overbodig om te benoemen, maar je staat verstelt van de hoeveelheid mensen die ik spreek die vóór de verbouwing nog helemaal niet hadden nagedacht over de eigenlijke wensen. Dat er een uitbreiding moest komen stond al jaren vast en een nieuwe keuken met afzuigkap in het werkblad. Visgraat PVC, zwarte kranen en hele hoge plinten… klaar toch? 

Niet helemaal: maak een overzicht van alle functionaliteiten die je graag wilt ankeren in jouw huis. Laat ze nog even los bestaan van de stereotype ruimte waarin je die functie verwacht. Je wilt koken, lezen, muziek maken, film kijken, dagdromen, je tanden poetsen, je kleding ordenen, uitgebreid douchen, samen tekenen, alleen kunnen schrijven, gezelschapsspellen spelen, thuis werken en vul vooral jouw eigen activiteiten in. Probeer ook inzichtelijk te maken hoeveel ruimte iedere distinctie kosten mag, hoe belangrijk ze is en welke ruimtelijke voorwaarden erbij horen (stilte, daglicht, afsluitbaar …etc).

 

STAP 3 1/2: De toekomst

Ik verwijs een beetje twijfelend naar de lange termijn. Wij denken zeker na over mogelijke rolstoeltoegankelijkheid in herenhuizen en puzzelen hypothetische kinderkamers in het thuiskantoor. Ik zeg niet dat het niet slim is om levensloopbestendig te willen wonen als je de meest fantastische plek op aarde hebt gevonden. Maar uit de praktijk blijkt dat we inmiddels wel net zo rap wisselen van woning als van auto. Dus in plaats van een trekhaak aan je Porsche… ruil je haar liever in voor iets dat beter past als de tijd rijp is nietwaar?

 

STAP 4: De vierde dimensie

Prima dat je inmiddels weet wat je wilt! Al die woonwensen verbruiken een bepaalde hoeveelheid ruimte, maar zullen nooit allemaal tegelijk plaatsvinden.

Bedenk voor jezelf welke activiteiten samen kunnen en maak handig gebruik van zaken die onwaarschijnlijk gelijktijdig zullen plaatvinden. Tijd is in dit geval je vriend en tevens jouw vierde dimensie en daarmee creëer je plotsklaps een berg aan mogelijkheden! 

 

STAP 5: Denk zelf na

Stap uit eerder aangenomen axioma’s over de indeling van jouw woning. De meest interessante indelingen ontstaan in situaties waarin een traditioneel woonhuis onmogelijk is. Bijzondere indelingen zijn plezierig om te aanschouwen. Maar worden al snel, volgens goed Calvijnistisch gebruik, afgedaan als onlogisch en absurd. Neem de slaapkamer met ligbad. De overloop annex kledingkast. De keuken-die-doorloopt-in-een-brutaal-dressoir dat de huiskamer durft te penetreren. Maak je los van voor-opgelegde woontradities en denk zelf na over wat in jouw situatie het best past. Grote kans dat jouw ideeën indruisen tegen de alomtegenwoordige huiskamer-met-hoek-bank-en-grote-televisie-mentaliteit. 

 

STAP 6 De puzzel maken

In je hoofd was je ongetwijfeld reeds gestart, maar nu is het tijd om die ruimtelijke puzzel helemaal af te maken. Welke functie hoort waar? Begin met de belangrijkste zaken en puzzel de kleine stukken in de ontstane openingen. Speel met afscheidingen en openingen en probeer een logisch geheel te krijgen.

Werk bij voorkeur grafisch en op schaal. Haal de bouwtekening op bij het Gemeentearchief of ga je zelf aan de slag met potlood en liniaal. Digitaal heeft niet de voorkeur als je dat nog niet eerder hebt gedaan. Op dit moment wil je al je aandacht richten op de indeling en niet op het bestuderen van de technische tutorials van architecten software. (En het potlood kende je immers al). 

Je voelt het vanzelf wanneer je een optimum hebt bereikt in je plattegrond. Meestal merk ik dat aan het logische en compacte verloop van de resterende verkeersruimte tussen de functies. Maak jouw tekening “hard” door er maten aan toe toe te voegen. Geef maat aan de meubels, maar zeker ook aan de ruimte ertussen. Dat is immers de plek waar jij je bewegen mag. Schaam je niet om met een meetlint door je huis te rennen en word je langzaam bewust van hoeveel “maat” iets heeft. Hoeveel ruimte er achter een stoel moet overblijven om deze comfortabel naar achteren te kunnen schuiven bij het plaatsnemen. Hoeveel ruimte je nodig hebt om een openstaande vaatwasser uit-te-ruimen en hoeveel “maat” je houden moet om iemand ongestoord te kunnen passeren die aan zijn bureau zit te werken. Want dat zijn de zaken die je nu plannen moet.


STAP 7: Laat je adviseren

Niet voor het een of ander en zeker niet per se door mij, maar laat je verdorie goed informeren over de technische staat van jouw huis. Als de nieuwe plannen een doorbraak vereisen wil je weten hoe de draagconstructie uit ziet en belangrijker: welke specifieke technische oplossingen deze vereist. Je zou niet de eerste zijn die goedbedoeld meer schade maakt, dan initieel gepland. 

Een tweede zaak zijn de installaties: verander je je huis, dan verandert ook de layout van je installatie. Plak dan niet zomaar een willekeurige radiator of infrarood paneel aan de muur maar zorg dat jouw huis opnieuw goed berekend en ingeregeld wordt. Dat geldt net zo voor de ventilatie en beluchting, een actueel thema en ik ken maar weinig woningen waar dat echt goed op orde is. Isolatie, net zo! Electra, net zo! Van het gas af? Net zo! 

Ik weet dat het internet vol zelfhulp pagina’s zit, maar besef dat alle bovenstaande technische disciplines enkel mogen worden uitgevoerd door goed opgeleide vakmensen. Die trouwens, met alle plezier, jou technisch willen bijstaan in de realisatie van jouw vernieuwende ideeën. Dus ontwerp veilig en laat je technisch adviseren! 

Als het goed is moet je inmiddels behoorlijk op weg zijn naar een strakke plattegrond. Een variant die precies past binnen jouw huis, die beantwoordt aan jouw persoonlijke wensen en voldoet aan jouw voorgenomen budget. Jouw ideale plattegrond is hoogst persoonlijk en kan niemand zomaar voor jou maken zonder die bijbehorende wensen te doorgronden. De ideale plattegrond is daarmee dus voor iedereen anders en nooit constant. Succes met verbouwen, en deel zeker het resultaat!

pS…

Mocht je onverhoopt toch hulp nodig hebben bij het uitdenken van de deze ruimtelijke puzzel. Dan staan wij uiteraard graag voor je klaar!

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

Het geheim van een goed interieur

Vanaf nu een interieurblog met iets meer concrete kennis; Het verschil tussen goeie en indrukkwekkende interieurs, waarom het een zege is dat de Ikea nog even dicht blijft en het geheim van een goed interieur. Lees je hier! Middels dit blog, en haar vervolg, gaan wij zorgen dat jij jouw partner verrast met slimme inzichten in de psychologie achter iedere ingreep en bestook je de aannemer met precies de juiste kritische vragen.


Woonhuis fam.B te Wijlre - interieur volgens eigen smaak ingericht (chapeau!) fotografie: MalleMuze

Woonhuis fam.B te Wijlre - interieur volgens eigen smaak ingericht (chapeau!)
fotografie: MalleMuze

liever luisteren?


2020 Heeft ons veel geleerd over ondernemen en over het bestaansrecht van een onderneming überhaupt. Over wanneer en waarmee je mensen echt vooruit helpt (en wanneer niet).  In de absolute stilte van een eerste lockdown zijn wij gestart met het gratis beantwoorden van interieurgerelateerde vragen. De mensen om ons heen namen massaal blokkwast of zelfs de sloophamer ter hand om het eigen huis die verdiende aandacht te geven. De bouw- en ontwerpvragen die daaruit voortvloeiden hebben onze open inloopavond doen ontstaan. Een spreekuur, zo je wilt. Een plek waar je zonder verplichtingen of kosten, je verbouwingsissues kon neerleggen. Afhankelijk van het type vraag was er een bouwkundig specialist of juist interieurarchitect aanwezig. Het spreekuur blijft en blijkt nu mijn langgezochte inspiratie voor een nieuwe serie tekstueel vermaak.

Jaar van het eigen habitat

Dus vanaf ’21, iets minder filosofisch gedramatiseer (alhoewel ik dat niet geheel kan uitluiten) en iets meer concrete kennis. Zaken waar je echt wat aan hebt dus. 2021 Mag wat mij betreft het jaar worden van het eigen habitat, al dan niet zelf gefabriceerd of kunstig in elkaar geknutseld door een handige buur. Middels dit blog gaan wij zorgen dat jij jouw kluspartner verrast met slimme inzichten in de psychologie achter iedere ingreep en bestook je de aannemer met precies de juiste kritische vragen.

Vertrouwen

In dit eerste deel wil ik het hebben over jou. En vooral het beetje vertrouwen dat je jezelf mag toekennen. Want geheel eigenhandig jouw metamorfose ontwerpen voelt als een hele kluif. En wees eerlijk, al die zogenaamde inspiratiebeelden op Pinterest doen je eigenlijk alleen maar meer twijfelen aan jouw eigen kennis en kunde. Zie het als het equivalent van de modemagazines; zelfs met duikbril, tweedehands flipflops en een bermuda uit 1990 (want dat heette toen zo) zien die modellen er nog goed uit. Jouw huis heeft wellicht niet die ideale maten.. Hul jezelf in voorzichtigheid en het algemeen aangenomen “mooi” dan zit je altijd goed, lijkt het credo. Het resultaat is de lange rij voor de kassa van de Ikea. Godzijdank is deze slimme Zweedse luciferfabriek nog even dicht voor publiek. En is een vreemdsoortige, normaliter ongeautoriseerde, meubelkeuze nu prima uitlegbaar. (Mocht je een excuus nodig hebben).

Het geheim

Enfin, waar ik heen wil met dit gezaag, is jou uitleggen wat het verschil is tussen goeie en indrukwekkende interieurs. Die laatste categorie wordt op alle manieren op jouw virtuele cortex afgevuurd en je zou bijna vergeten dat jij zelf ook nog een mening hebben mag. Naast die mening is er een stuk authenticiteit, eigenheid en spullen die iets vertellen over jou. Dat kunnen de boeken zijn waaronder jouw “Billy” bijna bezwijkt, maar ook die kamerklok van je bed-over-groot-vader-wiens-naam-je-steeds-vergat-en-daarom-best-Jacob-noemt. Het wollen tapijt dat je moeder meenam uit de Andes en ook de 16bit Sega die jou door je studententijd heeft geholpen. Jouw interieur is een verhaal - geen showroom. Het zijn de dingen die je in de loop van de tijd mooi hebt gevonden, hebt gekregen en deel zijn gaan uitmaken van jouw bestaan. Een interieur laat zich lezen als een gedicht van George Perec. En precies dat mag ze zijn: de rauwe verzameling persoonlijke zaken van jou of jouw gezin op dit moment. En daarmee dus direct anders dan morgen of de dag erna.
Een van de grootste geheimen van een goed interieur is dat ze nooit af is. Ze leeft, groeit en wordt rijker in de tijd. …en over het algemeen zonder de hand van een styliste die dagelijks de rondslingerende freubels her-organiseert volgens een ondoorgrondelijke systematiek.

Ode aan jou

Toch loop ik regelmatig door een soort bewoonde-showroom-replica’s in de huizen die ik mag bezoeken. De onzekerheid in onze eigen smaak valt hier duidelijk in af te lezen. Complete etalages worden 1-op-1 gekopieerd en we hullen ons in nieuw Zweeds luciferhout dat als een Meccano-pakketje in elkaar gezet mag worden.  Zo voelt het toch een beetje van jou! …al heeft de buurman ook een PAX. Waarom knutselen we zelf niet meer? Waarom moet het allemaal zo gelikt, zo clean en zo Instagrammable? Probeer het eens - en zie dat jouw unieke kijk op het interieur net zo inspiratievol en interessant kan zijn. 

Dus bij deze een ode aan jouzelf. Hulde voor zij, of hij, die de bank onconventioneel verschuift, de kaktus durft te kappen en het wulpse melkmeisje (of eender welke Vermeer) terug naar eigen tijd jaagt. Stop met inspiratie opdoen en probeer te starten met wat je hebt. Maak jezelf los van zaken die je kwijt wilt en maak een lijst van dingen die je mist. Shop op Marktplaats, experimenteer met indelingen (los van waar de tv aansluiting is) en blijf wars van (goedbedoelde) meningen, mocht je onverhoopt digitaal struinen langs een immer zonnige meubelboulevard.

...meer weten over het ontwerp van jouw interieur?
Meer lezen
duurzaamheid Frans Pijpers duurzaamheid Frans Pijpers

Gebruik deze vier basisprincipes om ook jouw verbouwing toekomstbestendig te maken.

De vraag over welke materialen wél nog gebruikt kunnen worden, komt steeds vaker ter tafel tijdens het ontwerpproces. Met verschillende reacties tot gevolg. Want hoe kun jij nu invloed hebben op de complete destructie van onze planeet!? Met deze 4 basisprincipes in het achterhoofd kom je echter al een heel stuk verder.

De vraag over welke materialen wél nog gebruikt kunnen worden, komt steeds vaker ter tafel tijdens het ontwerpproces. Met verschillende reacties tot gevolg. Want hoe kun jij nu invloed hebben op de complete destructie van onze planeet!? Tot voor kort werd het onderwerp makkelijk weggebonjourd met een “dat-valt-allemaal-wel-mee-attitude” of de “het-is-al-duur-genoeg-blik” . Enfin, in beide gevallen een kansloze exercitie voor Moeder-aarde. Totdat bleek dat “ecologisch bouwen” ook gewoon een stijl is; eureka! Waarom bedacht ik dat niet zelf! Groene daken, leemstuc, schapenwol-isolatie en beton-gemaakt-van-gedroogde-koeienpoep; het kan ons allemaal niet natuurlijk genoeg zijn (en het ziet er ook nog eens lekker stijlvol uit).

Om eerlijk te zijn beoordelen de meeste van onze opdrachtgevers hun materiaalkeuzen nog steeds op basis van esthetiek en prijs. Tot nu toe vraagt nog helemaal niemand expliciet waarvan een materiaal nu precies gemaakt is. Of we daarmee een regenwoud de vernieling in helpen, kinderarbeid promoten of het oppervlaktewater vervuilen. Toch begrijpt iedereen waarom ik bepaalde stoffen niet in mijn bibliotheek wil hebben als ik ze dat uitleg. Maar het maken van die keuzen leidde tot behoorlijk wat discussie onderling. Samen met duurzaamheids-expert Marjon Heutmekers Olijve (www.Olijfgroen.com) ontrafelden wij hoe die selectie nu eigenlijk tot stand komt. Welke ethische grenzen we liever niet opzochten en vooral waar wij (en mijn opdrachtgevers) wel blij van werden. Uiteindelijk is dit samen te vatten op basis van vier principes;

  1. Lokaal oogsten Dit geldt zowel voor materialen als voor diensten. Er is zoveel moois te krijgen in de buurt, als je maar weet waar je het zoeken moet. Dat betekent: laptop uit en vraag rond in de buurt! Zo ontdekten wij verschillende ecologische bouwmarkten, kun je natuurlijke pigmenten laten mengen voor je muurverf en is schitterend kaphout uit lokale bossen prima te verduurzamen voor buitengebruik. Lokale ambachtsmensen, maar ook de plaatselijke industrie helpen je graag en jij helpt daarmee weer de lokale economie. Prima deal!

  2. Milieu schade beperken (of zelfs omkeren) Makkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk, want bij iedere steen die ik omkeer blijk ik het “milieu” te schaden. Toch willen we bouwen, veranderen, slopen en weer nieuwe plannen maken. En liefst zonder dat ik bij iedere gram cement moet uitrekenen hoeveel bomen ik nu retour planten moet, of welk goede doel ik in de vorm van een eco-aflaat sponsoren mag. Het belangrijkste is dat we beseffen dat we het gebruikte materiaal lenen van onze aardkloot. Dat wil dus zeggen dat het op een bepaald moment ook weer teruggegeven moet worden. En liefst net zo zuiver als dat ik het zelf geleend heb. Daarom vermijden wij complex samengestelde materialen. Ook al kunnen die technisch gezien wel weer in elementen uit elkaar gehaald worden. Blijkt die kans in de praktijk klein, kostbaar en staat ze geheel buiten mijn invloed vandaag de dag. Daarmee maak je een potentieel duurzame materiaalkringloop onmogelijk. Ons credo: hou het eenvoudig en kies niet voor onmogelijke retourconstructies die afhankelijk zijn van het ecologisch geweten van de sloper.

  3. Gezond voor de mens Dit is tweeledig en gaat enerzijds over mensenrechten. En anderzijds over de fysieke gezondheid van de mens in het algemeen. Ik wil geen materiaal voorschrijven waar een ander mogelijk ziek van worden kan. Niet direct in het gebruik, bij de verwerking of bij de sloop. Maar ook niet indirect, door bijvoorbeeld omstreden productiemethoden, vervuiling van oppervlaktewater of de luchtkwaliteit.

  4. Gezond voor de portemonnee De spreekwoordelijke spagaat met dit soort verantwoorde keuzes, is dat het uiteindelijke effect van die keuze niet het probleem is van degene die nú beslist. En dat geeft haar weinig prioriteit vanuit een puur objectieve financiële analyse. We kunnen immers goedkoper bouwen - en geef toe - het is al duur genoeg. Daarmee kom ik direct op het belangrijkste deel van deze exercitie. Want alle goede bedoelingen in het begin van een project kunnen zomaar van tafel geveegd worden in de aanbestedingsfase. Door vooraf ook op prijs te selecteren kunnen we dat tegengaan. Binnen budget blijven denken is key in het land van materiaalkeuzes.

Dus wil jij ook stijlvol toekomstbestendig verbouwen en inrichten? Zoek dan lokaal en kies gezond voor aarde, mens en portemonnee. Mocht je dat lastig vinden en wil je onafhankelijk advies (want wij verkopen immers geen materiaal) dan kun je geheel vrijblijvend onze bibliotheek bezoeken. Dat kost niets, we verplichten je tot niets en je doet gegarandeerd een hoop inspiratie op. Maak wel even een afspraak om zeker te zijn dat je binnen kunt. Succes en wellicht tot snel!

Meer lezen
Frans Pijpers Frans Pijpers

Verbouwen voor ouders: luister ook eens naar je kinderen!

Voor kinderen is een verbouwing (of verhuizing) vaak een behoorlijk grote stap. Ze refereren in alles wat ze doen aan de situatie zoals ze nu is, en niet zoals die mogelijk worden kan. Het is dan ook fijn om je kids wat houvast te bieden en ze te betrekken in het proces. In dit artikel geef ik je een inzicht in hoe wij dat proces oppakken, en wat je zelf zou kunnen doen. veel leesplezier!

(Scrol direct naar de laatste alinea voor een slim (en gratis) advies over hoe je je kinderen betrekt in de verbouwingspraktijken.)

Een laatste zonnestraal piept precies tussen de bomen door en raakt de keukentafel. Koffie dampt en het geluid van krassende stiften verklapt de aanwezigheid van een klein meisje dat, druk in de weer, mij lijkt te negeren. Ik geef haar gelijk - ik kom immers de rust verstoren. Voor haar zijn die bruine tegels vertrouwd. En het zachtjes kraken van de trap; een waarschuwing dat ze beter het licht uitdoet.  Net als dat losse stukje behang op haar kamer het resultaat is van kortstondige frustraties waarachter ze haar kinderlijke ongenoegens heeft mogen verbergen. Ze kent dit domein, incluis haar geuren, geluidjes en bijzonderheden waarschijnlijk beter dan haar ouders. En nu gaat het weg…

Plek

Haar ouders, een stel van ongeveer mijn leeftijd, vertelt uitgebreid over hun plannen. Over waar muren heen moeten, over kolommen die in de weg staan, over vloerverwarming, visgraatmotieven, tegels van hout, slimme electronica en afzuigkappen die op mysterieuze wijze verdwijnen in het werkblad van de keuken. Ik luister goed, maar noteer niet alles wat ze zeggen. Liever analyseer ik de onbewust tactisch gekozen plek van het meisje. Dichtbij genoeg om alles mee te krijgen, en voldoende afstand om daarin niet op te vallen. Haar plek geeft overzicht tussen de verschillende delen van de begane grond, maar maakt daar zelf geen onderdeel van uit. Toch is het geen verkeersruimte, en ook niet echt een verblijfsruimte. Het is gewoon een “plek”.

Ik volg het spoor speelgoed, stiften en vrolijke murals van weggemoffelde verfspatten door het huis heen, en vind meer van deze “plekken”. Ruimtes om je af te zonderen of juist om gezellig bij elkaar te zijn. Om dromerig naar buiten te staren op een regenachtige dag of plekken om onopgemerkt te blijven als het eigenlijk allang bedtijd is geweest. Kinderen zijn voortreffelijke plekvinders! Kinderen en katten om precies te zijn. 

Ruimtelijke kwaliteit

Wij volwassenen daarentegen zijn geneigd onze ruimtes te gebruiken zoals ze worden voorgeschreven in het Bouwbesluit: iets is een “verblijfsruimte”, een “badruimte” of een “bergruimte” – en men hoort die ook zo te gebruiken natuurlijk… Terwijl het vaak de meer onbenoemde en onbestemde plekken zijn die het meest interessant zijn. Mijn kinderen spelen op zolder als het hard regent, kamperen liefst de hele zomer in de keuken, en eigenen de loze ruimte achter de bank toe als persoonlijke leesplek. Ze ontwerpen geen nieuwe ruimten, maar hergebruiken op hoogst creatieve wijze datgene wat er al is en maken daarin onbewust gebruik van specifieke ruimtelijke kwaliteiten. 

Durf te denken als een kind

Dus in plaats van na te denken over die sec kubieke woninguitbreiding, zou ik willen voorstellen om weer te durven denken zoals kinderen dat doen: maak “plekken”!

Maak ruimte voor de verschillende activiteiten van het gezin en haar onderlinge leden. Benoem de “beste plekken”, omschrijf welk type plek je mist en baseer je verbouwing op het creëren van juist dat gemis. Oh, en vergeet vooral je kinderen niet te raadplegen… Ze luisteren immers toch al mee :)

Echtscheiding voorkomen

Mocht je onverhoopt toch in de knoop komen met dit driedimensionale landje-pik-voor-gezinnen en wil je de mogelijke echtscheiding voorkomen, schroom dan niet om contact op te nemen met mij. Mijn naam is Roger Haan en ik werk als interieurarchitect (lees: plekmaker) bij Interalter. Een verbouwpraktijk waarin bouwkundige kennis fijn wordt gecombineerd met een gezonde portie “omdenken” .

------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Extra: leuke opdracht voor jouw kinderen!

Voor kinderen is een verbouwing (of verhuizing) vaak een behoorlijk grote stap. Ze refereren in alles wat ze doen aan de situatie zoals ze nu is, en niet zoals die mogelijk worden kan. Het is dan ook fijn om je kids wat houvast te bieden en ze te betrekken in het proces. Vraag je kinderen om hun gaafste, beste, mooiste, fijnste, gezelligste en meest bijzondere plekken te markeren met een knuffel. Vraag hoe de knuffel zich voelt om te begrijpen wat de plek betekent. Waarborg in de nieuwe plattegrond minstens net zulke gave, beste, mooiste, fijnste, gezelligste en bijzondere plekken. En laat ruimte voor jouw kinderen om dan juist daar zelf een aantal zaken te bepalen. Je verbouwing verloopt geheid een stuk soepeler!

Meer lezen
Frans Pijpers Frans Pijpers

Alleen wat je écht weten moet over het verlichten van je interieur.

over een goed lichtplan (zonder te verzanden in technisch geneuzel).

Het blijft toch een beetje de fetisj van de gemiddelde (interieur)architect. Hét ding waarmee je een verschil maakt tussen rouwcentrum en supermarkt zonder überhaupt de rekken te verwijderen. Maar sinds de massale opkomst van de LED techniek, spreekt men in ondoordringbare termen als lumen en candela, gepaard met kleurindexen in Kelvin en “handige” daglicht-vergelijkings-indexen die daar dan weer bij horen. Geen wonder dat de gemiddelde homo sapiens hier in het duister tast.

Toch is het belangrijkste gedeelte van jouw lichtplan gestoeld op principes die je ook zonder het behalen van een graad in de lichtologie kunt bevatten. Dat je dan vervolgens nog wat hulp nodig hebt bij de exacte dimensionering van de lichtsterktes en overige variabelen is bijzaak. Zolang jij maar weet wat je bereiken wilt.  

Succes met deze 9 tips, en deel zeker je resultaten met ons!

  1. Focus
    Bijna te logisch om te vermelden; licht genereert aandacht! Bedenk dus van te voren wat het meest belangrijk is in je interieur. Is dat jouw gast of is dat het product? Is het de DJ, de bar, of de boekenkast? Denk hier goed over na, dit is bij een hippe-hop-verbouwende-micro-brouwer anders dan bij jouw lokale stadsbibliotheek. Zoek je focuspunt en let it shine! 

  2. Functie.
    Nadat je je focus bepaald hebt, zul je moeten zorgen voor wat meer functionele verlichting. De mensen aan tafel willen graag hun bestek kunnen terugvinden, de kastelein zijn glazen en boven het urinoir positioneer je best ook een spotje.
    Er zijn een aantal handelingen die je moet kunnen uitvoeren, en daarbij heb je licht nodig. De truc is om dat zo minimaal mogelijk te doen. Ik wil namelijk niet dineren in het licht van de garderobe of de sfeer van de afwaskeuken. Zorg voor voldoende intensiteit, maar beperk de spreiding door gebruik te maken van gerichte spots of mooie kappen.

  3. Contrast.
    Als je focus, en je functie in orde zijn, is het de kunst om te stoppen. Echt, je bent klaar!
    “Ja, maar de gang is zo donker” hoor ik je denken. Klopt! Zolang je de klink, slot en het kamernummer nog kan vinden is dat prima! - Algemene verlichting is voor ziekenhuizen, bejaardencentra en aula’s - en een dooddoener voor jouw interieur. Op dit moment is er een sterk contrast tussen belangrijke zaken en bijzaken (zoals de ruimte tussen de tafels). Ga je meer toevoegen verlies je contrast, en dus focus. Wat je te allen tijde wil voorkomen is een egaal verlichte ruimte. Dus hou het spannend!

  4. Gebouw.
    Vergeet de architectuur verlichting! Niets is zo voor de hand liggend als het uitlichten van een plafond-roset of dramatisch aangelichte wandopeningen. Zolang je die niet verkoopt behoeven ze vooral geen aandacht. Het gebouw is al ruimschoots aanwezig en dient geen verdere aanduiding. Jouw nieuwe binnenkant daarentegen is het kloppende hart van deze stapel stenen - en daarmee de reden dat ze überhaupt bestaat. Wees trots op wat je daarbinnen manifesteert en negeer dus de architectuur.

  5. Kleur.
    Kleuren zijn lange tijd taboe geweest. Gekleurd (gefilterd) licht was iets voor het theater, en werd in de commerciële interieurs veelal geweerd. De eerste (betaalbare)RGB led kleuren waren slecht van kwaliteit en maakten een goedkope indruk. Hiermee werd de anti-kleur-gedachte alleen maar verder bevestigd. Tegenwoordig kun je juist met kleur iets doen waardoor je een hele specifieke sfeer creëert. Drama is hip! En ook de betere kwaliteiten zijn inmiddels prima betaalbaar . Maar laat je bij het kiezen van de juiste kleuren goed adviseren, en bewaak de kwaliteit (lees: je wilt een test zien op lokatie, met de juiste materialen).

  6. Type licht.
    Weet waarmee je werkt. Er zijn verschillende manieren om licht te doen laten ontstaan. De meest gangbare vormen zijn Neon- , led-, gloeidraad-, fluorescentie- en gasontladingslampen. Onderling ook nog eens onderverdeeld in verschillende kwaliteit en soorten. Kies je voor fluorescentie (TL) dan heb je vast een goeie reden om dat tachtiger jaren kantoorgevoel te initiëren. En hetzelfde geldt voor neon - waar een heel typisch schijnsel uit voortkomt. Ieder lichttype werkt anders, wees je daarvan bewust.

  7. Daglicht.
    Zolang het geen discotheek of metrostation betreft zul je altijd een combinatie hebben van dag- en kunstlicht. Waarin de eerste een immer variabel gegeven is dat afhankelijk van seizoen - en tijd van de dag - langzaam verschuift van kleur, richting en intensiteit. En de tweede; dusdanig over-gedimensioneerd dient te worden om hier überhaupt tegen te kunnen concurreren. Mijn advies (zolang het geen zonnestudio betreft); ga de strijd niet aan en omarm het voorhanden zonlicht indien aanwezig. Maar zorg dat je kunstlicht-plan zeker ook nog voldoet bij de afwezigheid van zon.

  8. Armaturen.
    Zeker niet onbelangrijk, maar geheel afhankelijk van je eigen smaak, het soort bedrijf en vooral.. je budget. Spendeer je geld allereerst aan de kwaliteit van het licht en gebruik het restant aan het design van de lamp.

  9. Opvallen.
    “Meer is beter” is lang het ondernemers credo geweest. Onze binnenstedelijke etalages floreerden er wel bij, en bij iedere verbouwing werd er beduidend meer vermogen in de fittingen gedraaid. Deze strijd is allang niet meer gaande, tenzij je stadion-verlichting verkoopt. Gebruik het licht om de juiste sfeer te creëren en maak de mensen nieuwsgierig.
    Laat je vooral niet tegenhouden in je creativiteit - wij zijn voorstanders van bewegend en knipperende licht-installaties (en helpen daar graag bij). Lees zeker ook ons blog over opvallen

Meer weten, of advies nodig bij jouw lichtplan? Neem dan gerust contact met ons op!

 

Interalter

Interalter ontwerpt bijzondere interieurs (en dus ook lichtplannen) voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich durven onderscheiden. Het buro combineert interieurarchitectuur met communicatie technieken en voegt daarmee op creatieve wijze waarde toe in de exploitatie. Meer lezen

 

Meer lezen
portfolio Frans Pijpers portfolio Frans Pijpers

nieuw: 747-dubbeldeks-family-class-Auping-bedden voor Kaboom hotel (echt waar!)

deze week in ons blog: een uniek en robuust stapelbed voor 4 personen, speciaal voor LBG Hotels ontwikkeld, en ontworpen in nauwe samenwerking met Auping.

Dit keer mochten wij wel een heel tof bed ontwerpen! Want geef nu toe, wie wil er nou niet in een 4 persoons stapelbed springen. Met je ouders? Uh….kan. Of juist met je vriendinnen - en waarom stoppen we bij vier? 6, 8, 24? - nog even babbelen met LBG hotels en Auping, en een heel nieuw hotelconcept is geboren. 422 Mensen in één ruimte, waarin de matrassen tussen de brandtrappen hangen en roomservice met kabelhaspels verloopt. 

Enfin, ik draaf door - dat gaan we dit jaar (vast) nog niet maken. Maar deze eerste 747-dubbeldeks-family-class-auping-bedden staan te pronken in het zojuist uitgebreide Kaboom hotel! Waarom ze dat doen vertellen ze graag zelf. En dat is nog lang niet alles dat uit deze duurzame samenwerking lijkt te komen! Daarover later meer…

INTER/ALTER

INTER/ALTER ontwerpt bijzondere interieurs (en nu dus ook stapelbedden) voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich durven onderscheiden. Het buro combineert interieurarchitectuur met slimme oplossingen en voegt daarmee op creatieve wijze waarde toe in de exploitatie. Heb jij ook zo’n gek idee als LBG hotels - en zoek je een partner in crime om het uitvoerbaar te krijgen? bel dan zeker even voor een kennismaking!

ps:

Er blijkt nog een bed op wielen rond te waren door het zuiden van Limburg. Wees gerust, deze variant is uitgerust met de zachtste matrassen van Auping - en is kreukelzone-technisch de winnaar van de "NCAP2018 rolling bed contest"!

Meer lezen
ondernemerschap Frans Pijpers ondernemerschap Frans Pijpers

Trend-analyse: de middenmoot is dood

hoe authentiek is authentiek tegenwoordig nog, en in AH binnenkort weer chips zonder handgeplukt zeezout.

Een beetje onwennig stap ik aan boord. Het koude aluminium combineert mooi met het urine bestendig kunstleer. Een luxe welke in het achterste deel überhaupt ontbreekt. Zou het een design statement zijn vraag ik mezelf nog kort af, of zijn de spartaanse keuzen van de Rotterdamse watertaxi bedrijven louter op facilitaire gronden gekozen? Ze blijken echter geen onderdeel van de trendtour vandaag, desalniettemin word ik er tussen iedere twee bezienswaardigheden mee geconfronteerd. Als een snuif koffie tussen twee luxe geuren bij de Ici Paris, neutraliseert ze direct mijn beoordelingsvermogen vooraleer ik aan een volgende ervaring word blootgesteld.

splitsing

En dat was ook hard nodig; stuiterend over het (ooit Maastrichtse) water wisselen de heren organisatoren steeds af tussen rijk gestoffeerde hotels en tijdelijke interventies in meer stoffig leegstaand vastgoed. Een quasi romantisch beeld van een nieuwe lichting kunstenaar-ondernemers tekent zich af tegen de gevestigde orde. Economisch denken versus ideologie. In een vervallen opslag loods voor koffie en andere luxe import ontmoet ik onder andere bakkers die brood bakken, brouwers met een experimentele brouwketel en een koffiebrander die daadwerkelijk de bonen het vuur aan de schenen legt.  Uit pure passie voor een product ontstaat een duidelijke tweesplitsing in het aanbod; waarin enerzijds de ambachtsman (of vrouw) een eerlijke en authentieke boterham voor je klaarmaakt, en anderzijds de uber hygiënische, zwaar gestyleerde, hoegenaamd perfecte variant van de concurrentie. 

Echt?

Een moment later sta ik weer in een hotel. 5 Sterren smetteloosheid en strakgetrokken lakens nodigen mij uit om toe te geven aan de vermoeidheid in mijn benen. Maar deze transcendente huiskamer in dit luxe niemandsland herinnert mij aan de strijd die gevochten wordt tegen de meer vrijere Airbnb beweging. Echte huizen vs huurbedden, toch? Of is er niets echt meer aan die echte huizen… is er niets meer nodig dan een korte trip naar de kringloopwinkel om een horde echtheidszoekers te misleiden.  Verkopen we koekjes beter in tweedehands glazen potten, dan in marketingtechnische massaverpakking? Willen we gewoon experimenteel bier drinken uit een hergebruikte olietank?  En is langzaam geperst sinaasappelsap (met eender welke groente) echt beter dan de sapcentrifuge van Unilever? 

omdat je het waard bent
— 2005; L'Oréal

Echt of niet echt - authenticiteit is hip en massafabrikage is een vies woord geworden. Of dat nu bier, brood of hotels betreft doet er niet toe. Zelfs in de rij bij de Albert Heijn laat ik mij met enige regelmaat misleiden door fraai vormgegeven glazen potjes die een handgemaakte jam insinueren en de semi papieren broodzakken om het superverse fabrieksbrood. En ik betaal er blijkbaar graag meer voor; “omdat ik het waard ben”… echoot dan door mijn hoofd. 

Conclusie

Ik ben zo bang dat ik dadelijk weer klaar ben met al dat hoegenaamde authentieke. Dat ik weer snak naar een normale zak chips, zonder handgeplukt zeezout en dat Uber gewoon weer “te veel” betekent. Zijn we daadwerkelijk in een strijd verwikkeld tegen de grote ketens, of is het onze existentiële drang om niet op te gaan in de massa? Het lijkt soms een afweging tussen ideologie en pragmatische haalbaarheid.   Maar nu er op iedere hoek van de straat “echte” bakkers, brouwers, beenhouwers en koffiebranders lijken te ontstaan, krijg ik jeuk. Teveel authenticiteit ontwaart zich in een gevoel van kitch en onechtheid die alleen maar gedijen door kritiek op de grote ketens.

De weg lijkt vrij voor meer authentieke, extravagante en vooral experimentele mini-ondernemingen, en daarmee ook op een nieuwe tegenbeweging in de vorm van steriele hotels zonder menselijke interventie, kweekvleesautomaten en waterzuiveringsbedrijven die lokaal gezuiverd rioolwater bottelen. Want tegenbewegingen werken nou eenmaal het best, als er ook iets is om je tegen af te zetten. 

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

Hoe hoog is een bar eigenlijk?

Barhoogtes, de menselijk maat - en hoe je daarmee het verschil maakt tussen kroeg en restaurant.

 

Die vraag galmt steeds vaker door onze tekenkamer. …en blijkt niet altijd even eenvoudig te beantwoorden. In dit overgereguleerde horeca tijdperk is er een aantal zaken nooit echt gestandaardiseerd. Tijd om onze eigen overwegingen te delen met jullie. 

105-115

In principe begint voor ieder etablissement met tapvergunning het fenomeen “bar” ergens vanaf 105cm. En eindigt op zijn hoogst op 115cm. Alles daaronder gaat lijken op een keukeneiland en hoger geeft je het gevoel dat je ongeduldig staat te wachten aan een mobiel frietkot.

Maar de hedendaagse bardimensionering (is dat een woord?) blijkt toch iets ingewikkelder dan alleen dat. Waar standaard horeca hoogte op 110cm zat, zien we tegenwoordig een veelheid aan verschillen. Slechte interieurbouwers? Nee hoor; gewoon een veranderend gebruik van het barmeubel zelf. 

Ooghoogte

De exacte hoogte is per land verschillend, en is afhankelijk van de gemiddelde hoogte van de lokale gasten. Aangezien het absurd zou zijn om continu de gemiddelde grootte te berekenen van je doelgroep, is er een verschillend aantal hoogtes gebruikelijk. In een cafe zou ik staand (ongeveer) dezelfde ooghoogte moeten kunnen bereiken als zittend. De barstoel was dan van origine ook vooral een alternatief voor de zwaar vermoeide gast. Opdat deze zijn gesprek kon blijven voortzetten terwijl zijn gelederen voor een moment ontlast werden. In Nederland is een hoogte van één-meter-tien comfortabel genoeg om aan te zitten, en prima om tegen te leunen.

Dus, wat is nou het probleem?

De hoogte van de bar heeft een onlosmakelijke relatie met je uitstraling; ben je een bruin cafe, wijk dan vooral niet te ver af van de standaard. Maar wil je meer de uitstraling van een restaurant, zak dan vlug een centimeter of 20 en maak daarmee je bar onderdeel van je keuken.

Diner-for-one

Weet dat je met een lage variant direct ook de staande gasten vermijdt - het is oncomfortabel leunen, en je staat een beetje plomp verloren in de ruimte. Vervolgens maak je een diner-for-one situatie weer vele malen aantrekkelijker. Een groeiende doelgroep die we kennen uit de zakelijke markt, maar nu ook in de leisure lijkt toe te nemen door het enorme aantal eenpersoonsgezinnen.

Ondanks deze ontwikkeling blijft het vragen naar een tafeltje voor 1 persoon altijd een beetje “not done" . Een goed vormgegeven lage bar annex "chefs table" is dan ook bij uitstek geschikt, en bijzonder gastvrij, voor deze doelgroep. (Bijkomend voordeel is dat bijbehorende lagere barstoel stukken charmanter te bestijgen blijkt in avondkleding)

mixed concept

Heb je echter je een gemixt concept dat langzaam overgaat van dagzaak in nachtclub of zelfs cocktailbar - en wil je geen bar-wissel-truc , of heineken-transformer-act opvoeren (wat eigenlijk ook wel heel leuk zou zijn) dan bel je ons beter meteen voor een hoogstpersoonlijk advies.

...meer weten over het ontwerp van jouw bar?

 

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

Design steeds minder vegetarisch

Deze week in ons blog: een verheugde vooruitblik op de TEFAF en hedendaagse interieurs worden steeds minder vegetarisch

Twee jaar geleden choqueerden we menig dierenactivist tijdens de TEFAF. Onze sierlijk gevormde lampen (foto) en andere lichtobjecten uit gerecupereerde diereningewanden trokken veel bekijks. Maar zorgden ook voor afschuw en walging nadat bleek dat het zojuist bewonderde materiaal afkomstig was uit slachtafval. Het verschil dat de context kon maken in de beoordeling van een materiaal vonden wij fascinerend.  Even leek het dat dit soort experimenten beter worden geconsumeerd onder de noemer “kunst”.  Onze eet-cultuur en het over-consumentisme bevragen door hergebruik van haar afval is daar niet zo vreemd. Maar om een omgekeerde maag boven de eettafel te hangen leek toch een stap te ver. 

post-mortem

Inmiddels lijkt het tij te keren. Zoals je vast al hebt opgemerkt waren opgezette dieren nog nooit zo populair en het vak van de preparateur viert hoogtij. Zelfs bij mijn kapper word ik vrolijk verwelkomd door een twee meter hoge struisvogel (die tweemaal terug moest omdat de kleur van de poten niet match-te met het interieur) en in het museum trotseerde ik onlangs een hele kolonie nieuwe diersoorten die Darwin negeren - post mortem ineen gefabriekt, wel te verstaan. En daar blijft het niet bij! Behang uit massaal gekweekte Talapia-huid (want daar hebben we veel van) en kinderfauteuils uit kattenbont zijn inmiddels prima leverbaar. Hoe exotischer, hoe beter - we lijken het pre-museum tijdperk weer opnieuw te beleven, waarin welgestelden hun wereldse karakter en exquise smaak doen presenteren middels een indrukwekkende verzameling rariteiten. 

tefaf

Met kennis van deze ontwikkelingen in de sector, verheug ik mij op de aankomende opening van de belangrijkste kunstbeurs die ons land kent. Ik verwacht handgewalste Bengaalse tijgers voor de open haard, jurken-van-gedroogde-goudvis-pailletjes en uiteraard een hernieuwde versie van het (inmiddels iconische) levende behang dat we allemaal zo koesteren. Als ik een ding zou moeten voorspellen over de trend die langzaamaan wordt geaccepteerd, is dat onze hedendaagse interieurs bij lange na niet meer zo vegetarisch zijn.

INTER/ALTER

INTER/ALTER ontwerpt bijzondere interieurs en meubels voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich durven onderscheiden. Het buro heeft een gezonde voorliefde voor nieuwe materialen en/of afwijkend materiaalgebruik, en schuwt het gebruik hiervan dan ook zeker niet.

 

Meer lezen
portfolio Frans Pijpers portfolio Frans Pijpers

Vaarwel lieve tapkast

Deze week in ons blog; een bijna chirurgische ingreep in het hart van een kroeg - met de complimenten van MOSA.

Buiten waait de wind gemeen hard en er vliegen nog net geen koeien door de lucht. Ik ben ervan overtuigd dat dat eerder komt door het tekort aan koeien in het centrum van de stad, dan aan het weer. Ik heb een vroege afspraak in een kroeg (dat is dan weer het voordeel van mijn vak) - en ik ben blij als ik doorweekt en voorzien van een coupe-venteux het etablissement veilig bereik. Het donker-eiken-bar-meubel stemt me gelukkig. "Gelukkig" omdat ik mijzelf daar mag warmen aan een dampende kop koffie die op dat moment wordt ingeschonken. Maar vooral gelukkig omdat ik weet dat dat meubel zelf het onderwerp van gesprek gaat zijn. Eerder die week ontvingen wij namelijk een vraag van de eigenaars; “of we ook eens wilden nadenken over een bar?” En daar stond ze dan; noestig, glimmend, donkerbruin en geïmpregneerd door jarenlang gebruik……wetende dat haar tijd was gekomen. 

tijden veranderen - en interieurs gaan mee...

Het omringende interieur was door het jonge Frans/Nederlandse-ondernemerskoppel al voorzichtig opgefrist. Wat eerst een donkerbruine kroeg was, begon steeds meer te lijken op een stijlvolle eetgelegenheid voor het hele gezin. Een plek voor een zakelijke of politieke (pal naast het stadhuis gelegen) babbel. En nu, vijf jaar na de overname, resteert enkel nog de tapkast. Ze keek bijna ongelukkig, een beetje verward, misplaatst - en weigerde steevast om te matchen met haar nieuwe omgeving. Ondanks de liefdevolle bijenwas, ondanks het dagelijkse polieren en ondanks de vaste stamgasten die wel met de tijd waren meegegaan. Voor haar was het nu tijd om te gaan. Tussen kap en vuurkorf had ze zich geliefd gemaakt. Voor de kastelein als werkbank en voor de gast als eeuwige steun en toeverlaat. Maar tijden veranderen - en interieurs gaan mee… 

Op visite

De koffie verwarmde mijn innerlijk ik - terwijl ik luisterde naar de enthousiaste ideeën (en idealen) van deze ondernemers. De tijd van sec “kroeg” was voorbij. Vandaag de dag schenken ze versgemalen koffie en bakken hartstochtelijke vlaaien. Ze verrassen de Bourgondiër met een internationale keuken en dito kok. Nee, dit mag geen kroeg meer heten - en ik moet er alles aan gaan doen om dat “cuisine” gevoel verder uit te werken. Ik mag helemaal niet meer spreken van bar, bier, tap of lekbak (desondanks dat ze er wel in moeten zitten) - ik moet spreken van een keuken, een eiland, een hakblok en desnoods een tosti-ijzer. Dit moet een soort van “op visite” gevoel krijgen. Niet “thuis”, verwar die twee niet: thuis is pantoffels, pyjama en zelf afwassen. Dit moet gastvrijheid pur sang worden. Een nieuwe wind waait inmiddels ook door Kerkrade, succes in de keuken Suus!

INTER/ALTER

INTER/ALTER ontwerpt bijzondere interieurs (en dus ook tapkasten) voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich durven onderscheiden. Herken je bovenstaande situatie?Heb je ook een spreekwoordelijke olifant in je kamer, of wil je er een? Neem dan zeker contact met ons op! 

Met speciale dank aan Andres Lautenbach, onze interieurbouwer, voor zijn eeuwig durend geduld, en sublieme tegelwerk (met de complimenten van de MOSA zelf!).

fotografie: MOSA

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

Interieurarchitecten blijken ook te tekenen.

Vandaag in ons blog: moderne hiërogliefen en hoe die zorgen dat jouw verbouwing vlekkeloos verloopt

Waar dat lijntje precies staat, maakt wel degelijk uit!” Sputtert er schuimbekkend uit mijn mond. De burostoel piept terwijl ik haar dichterbij trek waarop een systematisch morse code van muisklikjes volgt. Een geluid dat tijdens een normale dag op het atelier de stilte verbreekt als een oorverdovend telegraafconcert. Op zo’n dag zijn we gewoon een ordinaire tekenkamer. 

gekke plannen

En daar is niets mis mee: Even geen visualisaties, maquettes of moodboards, maar gewoon nieuwe ideeën inzichtelijk maken. Een onderdeel van interAlter dat vaak onderbelicht blijft - hoe gekker de plannen - des te duidelijker die tekeningen moeten zijn. Een verkeerde arcering betekent namelijk gewoon kiezels in plaats van isolatie-schuim in je muren. En aangezien we best vaak bijzondere en ongewone plannen mogen maken, is er geen enkele uitvoerder die dat nog verdacht vindt. We plakken tenslotte ook vloertegels op het plafond en er verdwijnen hele inrichtingen onder het behang. Des te meer reden om je tekeningen tijdig op orde te hebben.

een andere taal

Veel van onze klanten hebben (in het begin) moeite met het “lezen” van dergelijke stukken. Tekenen is een taal, en ze zien er tegenop om deze taal te ontcijferen in een ruimtelijke situatie. Laat staan zich voor te stellen hoe hun interieur er nu eigenlijk uit ziet. En dat begrijp ik. Want vooral de technische tekeningen gaan helemaal niet over de “look en feel”, maar gewoon over waar die nieuwe balk moet zitten voor de uitbreiding, welke maat dat ding heeft en hoe die vast zit aan de rest van de binnenkant. Ze leggen uit hoe de ruimte gegarandeerd 90 minuten brandwerend blijft - en ze legt vervolgens haarfijn uit wie, wat, waar moet doen. Ook in het Pools! Wel zo praktisch tijdens de sloop en verbouwing tegenwoordig.

hiërogliefen

In feite is die bouwtekening het belangrijkste contractstuk dat je nodig hebt voor de vergunning, voor de aanbesteding, tijdens de sloop, de bouw en de afbouw. Continu kun je verwijzen naar die moderne-hiërogliefen-op-kalkpapier - dus wat je ook gaat veranderen of verbouwen zorg altijd voor een verdomd goeie set tekeningen.

tekeningen nodig?

INTER/ALTER ontwerpt interieurs voor ondernemers. Maar we zorgen vooral dat die plannen uitgevoerd kunnen worden. Het liefst zijn we betrokken vanaf het prille begin. Maar ook als je zelf al ideeën hebt, een verbouwing voor aan het bereiden bent, of een vergunning wilt aanvragen, is je interieurarchitect het adres bij uitstek om aan te kloppen.
Dus schroom niet - en bel ons direct! 

 

Meer lezen
portfolio Frans Pijpers portfolio Frans Pijpers

Opgeleverd: The Broth Bar

Een nieuw project opgeleverd: The Broth Bar in Maastricht.

 

Eindelijk mochten ze open gaan; ons ontwerp voor een take-away-bouillonbar-met-leuk-winkeltje-en-doe-het-zelf-automaat-op-straat-concept. The Broth Bar is een nieuw soort mengvorm tussen keuken, winkel en restaurant. En zo is ze ook vormgegeven; best kans dus dat je dus even opzij moet voor een horde winkelende foodies, terwijl je heerlijk onderuitgezakt midden in het gangpad bleek te zitten. Om een teveel aan mogelijke collisies te voorkomen hebben we er uiteindelijk wel een beetje structuur in gebracht. Maar het blijft een raar gezicht als de caissière in de soep staat te roeren, welke overigens overheerlijk smaakt!    

Dit was enkel mogelijk dankzij het lef, de oprechte interesse maar vooral de ontembare passie van die jongens van INTER/ALTER
— — Charlotte van Loo - Chef en zaakvoerder bij The Brothbar
Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

onderzoek: Buiten blijkt toch niet gezond?

Gure wind giert langs het thermopeen glas, en een bijna onhoorbaar piepje geeft aan dat de ketel zijn werk doet. Weldra klotst een eerste stroom gelukzalig water door mijn radiatoren en rekt ons eeuwenoud kasteel zich nog eenmaal uit - voordat ze in een heerlijke winterslaap wegdoezelt. Hallo herfst - hallo seizoen van de interieurarchitect.

Een snelle check op google bevestigt mijn vermoeden meteen. We zijn helemaal geen buitenmensen. De hedendaagse west Europesche homo sapiens is niet meer opgewassen tegen de elementen. Bij een eerste kuch of nies, wordt de bouillon op het vuur gezet, en klinkt het aloude devies; “blijf jij maar even binnen”. En daar blijft het niet bij, binnenblijven blijkt ook een betrouwbaar remedie voor ontstoken keelamandelen, hooikoorts en zelfs zweetvoeten! Sterker nog - niet alleen onze moeders en internet-artsen pleiten voor een gezonde binnencultuur, ook de overheid houdt ons van de straat. Zo werden we afgelopen zomer nog gewaarschuwd voor een teveel aan “zonkracht”, zorgde smog voor de nodige ademhalingsproblematiek op straat, en roept de brandweer steevast “houdt ramen en deuren gesloten” . Maar als klap op de vuurpijl, werd het in Amsterdam plaatselijk veiliger na het in acht nemen van een avondklok voor overlast zorgende asielzoekers (die blijkbaar binnen beter gedijen).

Na (lokaal) onderzoek blijkt 98% van de mensen, die hun oer-instincten toch niet kunnen weerstaan, altijd een volgend interieur tot doel te hebben van hun missie. Dat kan een fijn restaurant of bruin cafe zijn. Maar de grootste overwinning bleek men te ervaren bij het daadwerkelijk bereiken van een naar-bloedworst-met-appel-geurende-boshut, na een helse tocht door het groen dat Nederland rijk is.

 

INTER/ALTER ontwerpt bijzondere interieurs voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich willen onderscheiden. Het buro combineert interieurarchitectuur met marketing tactieken en weet zo de commerciële belangen van hun klanten te omarmen. Lees meer over interAlter op www.interalter.nl

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

The Broth bar: zelfs de caissière staat in de soep te roeren

Nu het stof lijkt te zijn verdwenen durf ik het eindelijk hardop te zeggen; Maastricht krijgt er aanstaande woensdag (27-9) een overheerlijk (sorry: mening) blurring project bij. Voor de leek, “blurring” is de term die gebruikt wordt voor het combineren van retail met een vorm van horeca (of andersom). Branchevervaging volgens de overheid, en dat mag niet – Tegelijk een welkome verandering in ons winkelschap, die structureel lijkt te worden. Groot warenhuizen hebben er al sinds jaar en dag baat bij. Dat het intussen verrassende combinaties teweeg brengt is te danken aan de steeds toenemende inventiviteit en lef van onze ondernemers. Iets waar wij trots op zijn!

Zo ook hier - maanden na overleg, onderhandelingen en vergunningsaanvragen lijkt het er dan toch eindelijk op dat ons ontwerp voor een take-away-bouillonbar-met-leuk-winkeltje-en-doe-het-zelf-automaat-op-straat-concept nu eindelijk open gaat. The Broth Bar is een nieuw soort mengvorm tussen keuken, winkel en restaurant. En zo is ze ook vormgegeven; best kans dus dat je dus even opzij moet voor een horde winkelende foodies, terwijl je heerlijk onderuitgezakt midden in het gangpad bleek te zitten. Om een teveel aan mogelijke collisies te voorkomen hebben we er uiteindelijk wel een beetje structuur in gebracht. Maar het blijft een raar gezicht als de caissière in de soep staat te roeren, welke overigens overheerlijk smaakt!

Succes met de laatste loodjes beste brothbabes, en voor u alvast een smakelijke goede gezondheid!!

InterAlter interieurarchitecten ontwerpt bijzondere interieurs voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich willen onderscheiden. Het buro combineert interieurarchitectuur met marketing tactieken en weet zo de commerciële belangen van hun klanten te omarmen. Lees meer over interAlter op www.interalter.nl

lees ook ons vorige blog over the Broth bar: https://www.interalter.nl/blog/2016/8/10/mondkapjes-in-wyck

 

meer over The Broth Bar:
adres: Hoogbrugstraat 43A
6221 CP Wijck Maastricht
www.thebrothbar.nl

 

 

Meer lezen
interieur Frans Pijpers interieur Frans Pijpers

InterAlter in de jury van de BNI prijs

snede_verticaal_uitsnede-4-1.png

Voor de genomineerden is het nog even vingernagels knagen. Aanstaande woensdag beslist een door de wol geverfde vakjury welke 2 studenten de ambitieuze BNI prijs mee naar huis mogen nemen. Dé aanmoedigingsprijs voor jonge, talentvolle interieurarchitecten.

Een van die juryleden is Frans Pijpers: Interieurarchitect en bouwkundig ingenieur binnen interAlter en bestuurslid annex vraagbaak voor de Beroepsvereniging Nederlanse Interieurarchitecten (BNI). “Een eervolle taak” aldus Pijpers “Het vak verandert in rap tempo dankzij nieuwe technologieën en aanhoudende duurzaamheidsvraagstukken. Tegelijkertijd ontstaat er een complexe cross-over tussen aangrenzende disciplines; als gedragswetenschappen, communicatie en marketing.
Ik verwacht, wellicht nu meer dan ooit, kandidaten die zich grensoverschrijdend hebben durven opstellen in hun afstuderen. En hoop dat ik middels mijn kritische rol als jurylid het talent van morgen mag motiveren”.

INTER/ALTER ontwerpt bijzondere interieurs voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich willen onderscheiden. Het buro combineert interieurarchitectuur met marketing tactieken en weet zo de commerciële belangen van hun klanten te omarmen. Lees meer over interAlter op www.interalter.nl

 

 

Meer lezen
interieur, hospitality Frans Pijpers interieur, hospitality Frans Pijpers

Veel-meer-voudig interieurontwerp voor Raadzaal Valkenburg

Wauw, wat een kans! InterAlter interieurarchitecten mag de nieuwe Raadzaal van Valkenburg aan de Geul ontwerpen! Een Waanzinnige eer, waarin we naast de gevraagde modernisering (techniek, audio, luchtbehandeling, akoestiek etc…) hebben gepleit voor een veel-meer-voudig-gebruik dan gebruikelijk. 

Allereerst als “Raadzaal”, uiteraard. Maar daarnaast zeker ook als trouwzaal. Dat gebeurd immers al. Maar nu geef je als vers verliefd stelletje het Ja-woord in een, je raadt het al; “Raadzaal”. Lees: in een weinig intieme, en vooral, formele ruimte. Niet helemaal hetgeen dat past in het beeld van trouwen in een romantisch vestingstadje in het Zuiden van Limburg.

Daarbij genomen dat de Gemeente zelf ‘Valkenburg-als-trouwstad” al sinds 2010 onderwerp maakt van haar agenda - leek ons dit de ultieme kans om beide agenda punten ineens af te tikken. Een aanpak die onze opdrachtgever zeker kon waarderen.

En wees niet ongerust, daarnaast zal de zaal zeker ook nog worden gebruikt voor een veelheid aan lokale volksfeesten, doet ze dienst als pop up restaurant, worden er helden gehuldigd en medailles uitgereikt. Allemaal met hun eigen ruimte programma dat wij op de een of andere manier zullen moeten inbouwen in ons veel-meer-voudig-ontwerp. Wij kunnen niet wachten om te starten met deze klus!

INTER/ALTER

INTER/ALTER ontwerpt bijzondere interieurs voor de zakelijke markt en werkt voornamelijk voor ondernemers die zich willen onderscheiden. Het buro combineert interieurarchitectuur met marketing tactieken en weet zo de commerciële belangen van hun klanten te omarmen. Lees meer over INTER/ALTER op de webpagina

Meer lezen
hospitality, ondernemerschap Frans Pijpers hospitality, ondernemerschap Frans Pijpers

Heerlen krijgt hotel zonder dak!

Het was een vreemde kennismaking - tegenover de veertig ondernemers, de IBA en de Gemeente Heerlen - toen werd voorgesteld om een hotel te maken van hun “ vijf pleintjes”. Nou ja, hotel… InterAlter gebruikte het hotel als onderlegger voor de tijdelijke invulling van deze publieke-, en semi publieke ruimten.

parkurbana.jpg

De ontwerp vraag
De opdracht was tweeledig in haar opzet. Enerzijds lag er een taak om de pleintjes tijdelijk te vergroenen. Met dien verstande dat het hier niet over een kleur ging - Het gebeurde immers onder de noemer Park Urbana. En anderzijds het ontwerpen van een platform voor de ondernemers. Een plek om iets te laten gebeuren, zowel gepland als ongepland. Een stad moet leven, bruisen, spetteren en af en toe overkoken en dat gaat niet als alles netjes door de gebruikelijke instanties georganiseerd wordt. 

Lokale kracht
Het vergelijk met een hotel bleek een schot in de roos. Niet alleen het gastheerschap kwam hierdoor hoger in het vaandel - maar ook de ondernemerszin. Want uiteindelijk ontwierpen ze niet alleen een groen decor voor de bezoekers van het gebied, maar vergrootte vooral tijdelijk het afzetgebied van de ondernemers. Bij ieder wel gerespecteerd hotel hoort namelijk ook een lobby, een restaurant, een wellness, een nachtbar, en ga zo maar door….  Het is er allemaal! 
En alle  functies overeenkomstig met het lokale aanbod van de ondernemers.

“de vertaling van de opdracht mag meer dan geslaagd worden genoemd” (Projectleider Gemeente Heerlen)

En de bewoners?… Die krijgen een volledig groene stadstuin cadeau. Een welkome verfrissing in deze tropische tijden. Met precies het juist weer dat je in gedachte hebt bij het ontwerp van een hotel zonder dak.

Exploitatie
Kun je er dan ook echt slapen? Uiteraard! En ontbijten, en inchecken, en roomservice bellen. Maar hoe dat precies in zijn werk gaat kan Leo Noy, vrijwillig ambassadeur en inmiddels aangesteld als directeur van hotel Park Urbana, het beste uitleggen. Het is immers een initiatief van van de IBA en de Gemeente Heerlen, maar stiekem eigendom geworden van de 40 “hoteliers” die Heerlen dit weekend rijker is geworden. En zij exploiteren precies zoals ze dat zelf willen!

“ik had niet gedacht dat het deze impact zou kunnen hebben” (Leo Noy Directeur Park hotel Urbana en onvoorwaardelijk ambassadeur voor de 5 pleintjes)

INTER/ALTER is trots dat ze hebben mogen meewerken aan deze tijdelijke groene manifestatie. Dankt de IBA en de Gemeente Heerlen voor hun vertrouwen, excuseert zich op voorhand naar de buurt voor mogelijke overlast van hotelgasten en wensen vooral de ondernemers een succesvolle exploitatie toe.

 

Meer lezen
portfolio Frans Pijpers portfolio Frans Pijpers

Opgeleverd: MABI City Centre Hotel

Opgeleverd: totaal verknipt interieur voor nieuw hotel!

Het voormalige Maastrichtse cinema theater aan de Kleine Gracht was al eerder herbestemd tot hotel. Wij mochten dat proces nog eens helemaal overdoen - In ons ontwerp hebben wij getracht om het gevoel van "toen" voelbaar te laten zonder letterlijk te worden. hieronder leest u de aanleiding en het ontstaan van het nieuwe interieurconcept voor dit verknipte hotel;

Dit project is genomineerd voor de Entree Magazine Hospitality Awards, in de categorie "best hotel concept".


Maestricht, 1 November 1922

Een rijk pluimage aan karakteristieke figuren vult de Salon na afloop van het Matinee. Het geurt naar exotische tabak en parfum. En er heerst een ontspannen sfeer, zoals je die enkel kent onder oude bekenden. De draaideur staat nooit stil en de avondgasten druppelen gestaag binnen terwijl hun rijtuigen wordt weggezet. Ze mengen zich met hen die juist de grote zaal verlaten hebben. Over en weer wordt de voorstelling besproken en geanalyseerd. “De oorspronkelijke film zou 29 minuten langer duren” weet iemand te vertellen. Het was een liefdesverhaal met Clara Bow in de hoofdrol… Ze kwam niet in beeld. Een speculatieve sessie over de gefragmenteerde film en bijbehorende blinde vlekken volgt. Niemand weet eigenlijk precies wat er is gebeurd, of waarom. Maar dat lijkt niet te deren. Het kristal wordt nogmaals bijgevuld en sigarendozen worden doorgegeven. 

Dit is waarom gasten naar de Mabi kwamen; niet zozeer voor de film. Die overigens altijd voortreffelijk gekozen was. Maar voor de sociale component, de gastvrijheid, en haar uitmuntende stijl en klasse.  

Mabi verzorgde steeds het juiste onderwerp van gesprek doordat ze haar films uitgebreid liet toetsen en knippen door de strengste discipelen van het Bisdom. Die onbewust en onbedoeld hiermee het tegenovergestelde effect bereikten. De films worden korter, en daarmee de fantasieën groter. Mabi vaart er wel bij en geniet ook nog eens een uitmuntende naam. Het groeide uit tot een situatie waarin de film steeds minder belangrijk werd, en gastvrijheid en gastbeleving de boventoon gingen voeren. Het huidige hotel is daar het resultaat van. 

 Chique, dandy en een tikkeltje verknipt.

 

Meer lezen